24 nov 2013

Southampton naar Scheveningen (slot).






Vrijdag 17 mei vliegen we naar Southampton om de Drammer op te halen en als het kan naar Nederland te varen. Als we contact opnemen met het Sevenstar kantoor krijgen we te horen dat de Sampogracht voorlopig nog niet aan zal komen. Door slecht weer heeft de kapitein besloten een paar dagen heel langzaam te varen en met de kop zoveel mogelijk in de golven te blijven. We hebben de laatste update gemist door communicatie fouten bij Sevenstar. We hebben een goed gesprek op het kantoor en ze doen alles om ons te helpen ook vergoeden ze onze extra tickets. Ze beloven ons dat als het schip er is we zo snel mogelijk het water in zullen gaan. We gaan zaterdag naar het eiland Cowes, wat altijd leuk is om te bezoeken en de zondag gebruiken we om te shoppen in een grote mall, en regelen een ligplaats in de jachthaven vlakbij het kantoor. Maandag zien we de Sampogracht binnenvaren en afmeren aan een kade vlakbij. We zien de mast van de Drammer voorbij schuiven en zijn blij weer een deel van de boot te zien. De volgende morgen gaan we vroeg aan boord van de Sampogracht en zien dat alles er nog goed bij staat. Zoals beloofd gaan we snel te water en we hebben net tijd genoeg om naar de jachthaven te varen, het dek schoon te maken en de genua er vast op te zetten. Iemand van het kantoor belooft steeds tijdens zijn lunchpauze even te gaan kijken en stuurt zowaar tussendoor nog foto's.
Vrijdag 31 mei vliegen we 's avonds met Aad Veenman naar Southampton om de Drammer dan definitief op te halen. We zijn laat aan boord, maar zien dat de Drammer er nog goed bij ligt. Hans is 's morgens om 6.00 uur al boodschappen gaan doen en Aad en ik maken de boot verder in orde. Om 7.30 zijn we los en varen we alleen op fok de rivier af. Als we buiten komen kunnen we het grootzeil erbij zetten en deze zeilvoering hoeven we niet meer te wijzigen tot Scheveningen.
Om 18.00 uur ronden we Beachy Head en gaan we wachtlopen, heerlijk als je met drie mensen bent, je kunt langer rust nemen. We zijn er alledrie ook wel aan toe want het is berekoud aan het worden. De kou is iets wat we lang niet gehad hebben aan boord en dat is wel afzien.


Uiteindelijk halen we al het warms aan kleding dat er is uit de kasten, mutsen sjaals en zelfs lange onderbroeken. Twee juni om 03.00 zijn we bij Dover en de mannen zijn samen druk in de weer met de passage van de shipping lane. Om 7.00 's morgens neem ik de wacht over van Aad, die heel blij is nu naar binnen te kunnen om op te warmen en wat te slapen. Het is rustig weer en we hebben verder een goede tocht, om 9.30 uur zijn we bij de Belgische grens en het is gek dat de Drammer nu zo dicht bij huis komt. Om 14.15 zijn we west van de Oosterschelde  en hebben we het hele grote windmolenpark van België achter ons. Het wordt weer behoorlijk koud en we hebben zoveel mogelijk lagen kleding aan als we maar hebben.  Om 21.45 uur meren we af in de haven van Scheveningen, waar Betsy ons staat op te wachten met een grote bos bloemen en een heerlijke fles bubbels.
We zijn thuis en kijken zeer voldaan teug op een prachtige tocht rond de wereld, de Drammer heeft ons weer veilig teruggebracht in de haven van Scheveningen.

21 jun 2013

St. Thomas.



We krijgen een goede plaats in Crown Bay Marina op St. Thomas (U.S. Virgin), we maken de boot schoon en halen de genua eraf om zo min mogelijk wind te vangen als we op de Sampogracht gaan. We regelen vluchten terug en kunnen via de lokale telefoon van de jachthaven alle verdere aansluitingen regelen en uitzoeken. We gebruiken de zaterdagmiddag nog om het carnaval in Charlotte Amalie (de hoofdstad van St. Thomas) te bezoeken. Het is een echt vrolijk caribisch geheel met veel kleuren, dansers en danseressen in mooie kleding. Wat opvalt, is dat ze heel gemengd zijn, jong en oud, heel slank en heel dik, maar niemand trekt zich iets  van hun figuur of leeftijd aan, ze genieten gewoon.

Als we terug zijn aan boord en alles afgehandeld hebben, besluiten we toch maar buiten voor anker de komst van de Sampogracht  (het schip van Sevenstar) af te wachten. We verlaten de haven en gaan aan de overkant bij Water Island voor anker. Hans kan nu weer heerlijk zijn rondjes om de boot zwemmen en we genieten van de vrijheid.
Zondagmiddag 28 april zien we de Sampogracht de geul inkomen en afmeren aan de kade bij St. Thomas. Nu komt alles toch wel erg dichtbij en we zien steeds meer boten die ook geladen moeten worden. De maandag gebruiken we om het dek van de Drammer te poetsen en het chroom nog eens te beschermen. We poetsen zo hard, dat bij mij de vellen aan mijn vingertoppen hangen, en als Hans de verrekijker pakt om alles op de Sampogracht te bekijken lost een deel van het omhulsel op. Toch wel agressief spul die chroom polish. We hebben geregeld contact met Hans Kottman van de Sevenstar wanneer we geladen zullen worden.
De planning wordt niet gehaald, dat is al snel duidelijk en we horen dat we pas 1 mei geladen zullen worden.
De kroningsdag vieren we met de bemanning van de Cedo Nulli, een Nederlands stel, dat ook uit Scheveningen komt en bezig is aan en rondje Carieb. Zij nemen de oranje bitter, of iets dat er op lijkt mee en we proosten op het nieuwe koningspaar en laten het ons goed smaken. De vertraging op de Sampogracht wordt veroorzaakt door een heel grote catamaran (110 foot) die zijn mast verloren is. Het is een heel precies werk om die goed op het dek te krijgen omdat hij zo groot is, dat hij niet tussen de twee vaste kranen door kan. We horen van Sevenstar, dat ze zo verlaat zijn, dat ze de haven moeten verlaten, omdat er al een cruise schip gepland is voor 1 mei. Ze gaan tot laat door met laden, maar komen niet klaar en varen af. Het is een raar gezicht om ze te zien vertrekken en hopen er maar het beste van.
Het cruiseschip de Allure of the Sea komt verlaat de haven binnen en gaat daarom ook pas weer 's avonds laat weg. De programma's op de wal zijn allemaal geboekt en het is echt een heel groot schip, dus veel mensen. Zo gauw als het cruiseschip weg is zien we in het donker de Sampogracht weer aankomen en afmeren. We krijgen telefoon, dat we om tien uur 's avonds geladen zullen worden.
We weten precies wat ons te wachten staat, omdat we het al zo vaak gezien hebben vanaf onze ankerplek. Het laden gaat heel precies en de steunen, waarop de Drammer staat worden vast gelast op het dek, evenals de steunen tegen de kiel. De Drammer staat als een huis.

's Nachts om 2.00 uur zijn we in het hotel, waar we om 5.30 alweer moeten vertrekken om de ferry naar British Virgin te halen. Met de taxi naar de fast ferry die ons naar Tortola op British Virgin brengt, daar dan weer met de taxi naar de airport op Beef Island. Van Beef Island vliegen we naar St. Maarten en van St. Maarten vliegen we met Air France via Parijs naar Amsterdam. Een lange vlucht, maar we laten de Drammer achter in vertrouwde handen.


27 apr 2013

St. Maarten naar Virgin Islands.





Vrijdag 5 april komen we weer aan boord in St. Maarten. De Drammer ligt er goed bij, al is een lijn niet goed terug gezet, zodat we een kleine beschadiging aan de boeg hebben. De zaterdag en zondag gebruiken we om alle spullen weer aan dek te monteren, de generator en de motor na te kijken en van nieuwe filters te voorzien. De koelkast werkt niet en er moet nieuw gas bij gevuld worden, voor $650 en een half uur werk wordt dat probleem opgelost. 's Middags bellen we naar het bedrijf waar ze de mastinspectie zouden uitvoeren, waren ons vergeten, maar beloven gelijk te komen. De mastinspectie wordt grondig uitgevoerd, en ze vinden twee strengen die los gekomen zijn uit de huls en gebroken.

We laten aan beide zijden van de mast de diagonale stagen vervangen en wachten het rapport af. We moeten zeggen dat dit wel de grondigste inspectie is, die we tot nu toe gehad hebben FKG heeft goed werk verricht.  Er komen nog een paar kleine dingen aan het licht en we gaan nadenken over onze verdere plannen. Het plan was, dat we half juni naar de Azoren zouden varen en dan verder terug naar Europa, waar we de boot nog een jaar achter wilden laten. Vooral dat laatste en de gegevens dat de watertemperatuur 2 graden hoger is dan normaal, waardoor het hurricane seizoen eerder kan beginnen dan juli, in de Virgin rekenen ze al met 1 juni als datum voor het hurricane seizoen doet ons besluiten contact op te nemen met Sevenstar om de Drammer naar Southampton over te laten varen. We willen beiden dat de mast er bij Contest Yachts in Medemblik af gehaald wordt en van nieuwe stagen en manchetten wordt voorzien. Het is even een omslag om zo terug te gaan, maar het is wel het veiligste en veiligheid hebben we steeds heel hoog in ons vaandel gehad deze reis. Bij de Sevenstar blijkt nog plaats te zijn en zelfs in de week dat we nog aan boord zijn. We hakken de knoop door en reserveren voor de terugtocht met de Sampogracht, we krijgen later bericht dat we 30 april om 13.00 uur aan de beurt zijn om aan boord gehesen te worden in St. Thomas op de US Virgin.
We hebben onszelf nog een paar weken Virgin Islands beloofd en woensdag 10 april gaan we door de brug bij St. Maarten naar buiten om over te steken. Het verblijf in St. Maarten was uitzonderlijk kostbaar, voor alles wordt geld en veel geld gevraagd het is een groot verschil met vijf jaar geleden.
We zeilen 15 uur lang ruime wind, met wel een rare zee de golven lopen niet met de windrichting mee en dat maakt dat de Drammer nogal wat rare bewegingen maakt. Bovendien is de eerste nacht altijd wennen en inslingeren, pas aan het eind en tussen de eilanden van de British Virgin komt er weer wat rust in de boot en hoewel het behoorlijk waait varen we relaxed door naar Sopers Hole, waar we een mooring oppikken. Heerlijk om hier weer terug te zijn, we hebben er erg goede herinneringen aan en de plek blijkt nog even mooi met vriendelijke mensen en een goede supermarkt. Bovendien hebben we internet nodig om ESTA's te regelen voor ons bezoek aan de US Virgin. Deze moet je aanvragen, voordat je naar de US Virgin gaat met de ferry om je visum te halen. De eerste dag dat we dat willen doen blijkt wel de aanvraag van Hans ingewilligd te zijn, maar niet die van mij. Gelukkig controleren ze alles al bij de ferry, zodat je niet voor niets gaat. Weer terug aan boord blijkt de generator olie te lekken. Het is een leuke klus voor Hans en hij is enige uren bezig om het weer in orde te krijgen. Maar ook dat lukt weer en de volgende klus kondigt zich dezelfde avond aan. De vuilwatertank blijkt verstopt te zijn, er moeten weer leidingen leeg geklopt worden van Calcium, dat zich daar vormt bij watertemperatuur van om en nabij de dertig graden in combinatie met urine. Een bekende maar vervelende klus. Ik gebruik de dag om nieuwe caulk op het teak op de spiegel aan te brengen. Het oude hadden we verwijderd omdat het los begon te raken en op te lossen. Een hele klus, maar we hebben het nu zo vaak gezien, dat we denken het zelf net zo goed te kunnen. Als je maar veel tijd neemt lukt het allemaal ook en er zit nu weer goede caulk tussen het teak en alles is weer goed beschermd. We zijn al oude bekenden van de World ARC tegengekomen, nl Tzigany met John en Jenny en de laatste dag komen we ook nog de Regenero tegen, waar we in Greneda goed contact mee hadden leuk om bij te kletsen met elkaar. Zaterdag kunnen we met de ferry naar St. John op de US Virgin om ons visum op te halen, omdat mijn aanvraag ook ingewilligd is. We gaan langs de customs en halen zonder verdere problemen ons visum op. We verkennen de stad Cruz Bay en bezoeken het visitor centre van het National Park wat een heel goede indruk geeft van de geschiedenis van het eiland. We gaan met de ferry weer terug naar de Drammer in Sopers Hole.
De zondag gebruiken we nog om te klussen en maandag varen we langs Jost van Dijke naar Trellis Bay, waar we overvallen worden door de drukte en met moeite een mooring kunnen vinden. Er liggen nu meer dan honderd moorings en die zijn bijna allemaal bezet, dus de ruimte om te manoeuvreren is heel beperkt, jammer maar we hebben wel 's avonds een heel lekker diner op het kleine eilandje daar en we genieten ervan.


De volgende dag vertrekken we 's morgens vroeg naar Virgin Gorda, waar we een mooring oppikken en genieten van de vrijheid en het mooie water met de zeer verzorgde walaccommodatie.  We blijven twee nachten liggen en vertrekken dan naar Nanny Cay om even in de haven te liggen, water te tanken en boodschappen te doen. Bovendien genieten we van het zoetwater zwembad dat ze daar hebben. Daarna nog een nacht in Sopers Hole en de volgende dag naar de US Virgin. We pikken een mooring op in Caneel Bay en Hans gaat met de dinghy naar de douane op de kaart van Imray staat dat we een persoon aan boord moesten laten, maar dat blijkt achterhaald, want ook ik moet me melden en mijn vingerafdrukken afgeven. Dus een tweede tocht in onze kleine dinghy, waarin we vooral op de terugweg behoorlijk nat worden. Maar we genieten van de baai en liggen er heel mooi, we snorkelen en wandelen over heel mooi verzorgde trails. We blijven drie nachten en doen het geld voor de mooring in de honesty box op een vlot. Prima systeem en er wordt veel gebruik van gemaakt.

Na drie nachten vinden we het wel genoeg en willen naar de zuidkust van het eiland, maar als we de hoek omkomen merken we gelijk al dat dat geen goed idee is. We draaien om en keren terug naar de noord kant en komen terecht in Maho Bay, waar het nog mooier is en we wandelen en snorkelen daar ook alle dagen. We hebben veel schildpadden, pelikanen en bridle terns om de boot die heel mooie shows geven met soms wel honderd vogels tegelijk. Indrukwekkend en je blijft ernaar kijken. ook zien we tijdens het snorkelen een heel mooie spotted stingray met een heel lange staart en veel zeesterren.




Vrijdagmorgen krijgen we het bericht dat we 30 april geladen zullen worden. We willen nog een paar dagen in de haven liggen om alles in orde te maken en de terugvlucht te verzetten. We varen op de motor omdat er bijna geen wind is naar St. Thomas, met weemoed nemen we afscheid van St. John wat een prachtig natuureiland is en zo ook redelijk gehouden wordt.
Op St. Thomas bij de stad Charlotte Amalie pikken we een boei op bij Grande Marina, maar als we goed om ons heen kijken worden we daar niet vrolijk van. Veel boten, die de overkant maar net gehaald hadden, vaak zonder mast en met sporen van de rotsen op de romp, waar lokale mensen op zijn gaan wonen. Vlak daarnaast de meest dure jachthaven die je je maar kunt bedenken. We maken los en gaan door een ondiepe geul naar de volgende jachthaven de Crown Bay Marina, waar we een plaats krijgen. Hier of aan een mooring wachten we om geladen te worden op de Sevenstar.

3 mrt 2013

Grenada naar St. Maarten.








Op zaterdag 2 februari 2013 vliegen we via London en Barbados naar Grenada. We overnachten in het Grenada Beach Resort en gaan zondag gelijk met een taxi naar Grenada Marine, waar de boot op het droge staat. Het lijkt erop dat de Drammer de zeven maanden goed doorgekomen is, wel is de boot heel smerig. We waren blij met de plek vooraan, maar iedere boot die er kort uit gaat wordt naast ons geschuurd en in de anti-fouling gezet. Maandagmorgen beginnen ze ook bij ons met de anti-fouling en blijkt het dat de startaccu's niet goed meer zijn. We hebben geluk, want er zijn nog precies drie accu's die we willen hebben. De maxprop wordt uit elkaar gehaald en goed in het vet gezet, nieuwe anodes worden gemonteerd en de boot gaat dinsdag net voor de lunch het water in. Bij het hijsen van de fok blijft deze achter een splitpen hangen en scheurt over een hele baan. We besluiten op de motor naar Port Louis te varen, waar we om 15.00 uur 's middags aankomen. Daar maken we een afspraak met Driftwood om ook het bovendek van nieuw rubber te voorzien. Gelukkig maken ze tijd en lopen nog de plekken na die vorige keer niet goed waren. We tapen de fok, omdat de zeilmaker niet echt betrouwbare afspraken wil maken en we het zeil mee moeten geven. We hebben geen zin om straks daarvan afhankelijk te zijn en te moeten wachten. De generator wordt gemaakt met behulp van onderdelen die we aan boord hebben. Loopt wel maar laat nog niet de accu bij. Zondag 9 februari vertrekken we 's morgens vroeg richting Bequia, waar we precies voor donker een mooring kunnen pakken. Het waait behoorlijk en we moeten sinds lange tijd hoog aan de wind varen, wat toch niet al te comfortabel blijkt. De volgende dag waait het nog harder 6 tot 7 baeufort later veranderen we de zeilen tot gereefd grootzeil en gereefde fok. We halen het net niet voor donker in Rodney By op St. Lucia aan te komen en lopen Marigot Bay binnen, waar we de nacht doorbrengen. Volgende morgen op de motor naar Rodney Bay Marina, waar we een goede plaats krijgen, langszij aan de steiger heerlijk om te klussen. We kunnen de fok laten repareren, het tape heeft goed gehouden. Beide kanten tapen, dan is het een goede oplossing om verder te kunnen varen. We laten de romp en de bovenkant van het polyester poetsen, doen wat boodschappen en varen 14 februari naar Martinique, waar we na lang wachten een plek aan de steiger krijgen. We doen boodschappen, poetsen nog aan de boot, en maken hem klaar om onze vrienden Aad en Betsy te ontvangen.  Die komen 's avonds net voor donker aan. De volgende dag verkennen we de haven en lunchen  uitgebreid. We maken onze plannen voor de volgende dagen en varen zondag naar Dominica, waar we aan een mooring gaan bij Sea-Cat. We vragen Octavius dezelfde tour te doen, die we vijf jaar geleden met hem gemaakt hebben, en hij is daartoe bereid. We maken een rondrit over het eiland en een roeitocht over de Indian River. We bezoeken de waterval en de Emerald poole, ook gaan we langs bij de indianenvrouw, die we al eerder bezochten. Dit keer heeft ze voor ons allerlei gerechtjes gekookt. Het is weer een bezoek dat indruk maakt. We zien dat er wel wat veranderd is in die vijf jaar, zo wordt de cassave nu gedeeltelijk machinaal bewerkt en maken ze verschillende soorten brood ervan. Van Dominica steken we met heel harde wind over naar les Saintes, waar nu allemaal moorings liggen. We gaan met de dinghy aan land, waar we shoppen, in- en uitklaren en heerlijk eten. De volgende dag gaan Aad en Hans aan de slag met de generator, die wel loopt maar de accu niet bij laat. Na veel meten en proberen komen ze er achter dat de zekering geroest is en de stroom niet doorgeeft. Een schuurpapiertje erlangs en de generator laat weer bij. De heren hebben de smaak te pakken en gaan gelijk door met de watermaker en monteren een nieuwe ventilator op het pompje.  De watermaker is helemaal uit elkaar geweest en in onderdelen mee genomen naar Nederland om te reviseren. Heerlijk als je dan het vertrouwde geluid weer hoort, dat er water gemaakt wordt. Hans en Aad gaan eerst lekker  zwemmen en daarna gaan we naar de wal naar Terre de Haute. Donderdag 21 februari varen we weer met veel wind naar Antiqua, waar we in Falmouth Harbour een plaats besproken hebben. Net voor donker kunnen we afmeren. We liggen tussen veel bekende en heel grote zeiljachten, o.a. de Maltheser Falcon en veel oude maar ook nieuwe J jachten. De Drammer valt in het niet,  we hebben nog nooit zoveel mooie zeiljachten bij elkaar gezien. De volgende dag gaan Hans en ik al vroeg inklaren in het Nelson Dock, waar ook het nodige moois te bewonderen is. 's Middags lunchen we uitgebreid in het Nelson Dock, blijven er de hele middag rond wandelen en kijken en besluiten 's avonds bij het zelfde restaurant te dineren. Er wordt een grote ankerketting uitgebracht met duikers omdat er de volgende dag een jacht komt afmeren van 200 foot.  Je kunt het bijna niet geloven, dat er zoveel grote jachten zijn met veel bemanning en dat er weinig mee gevaren wordt. Zaterdag 23 februari vertrekken we om 4.30 uur naar St. Maarten. Langs de noord van Montserat, St Kitts  en Nevis, St. Eustatius en Saba, onder St Barth door naar St. Maarten waar we in donker anker laten vallen in de baai. Het anker pakt niet goed, komt steeds verkeerd neer en we moeten die nacht twee maal anker op en weer opnieuw proberen. We denken dat er iets verkeerd gegaan is bij het op de rol naar binnen halen toen we het schoongemaakt hebben in Grenada vorig jaar. 's Morgens de eerste opening van de brug genomen en afgemeerd in de haven. 's Middags gaan Aad en Betsy weer van boord en wij maken ons op om nog een week te klussen. Het was weer gezellig met z'n vieren en we hebben genoten. Als Hans 's avonds zijn mail nakijkt, blijkt dat hij zo snel mogelijk naar huis moet voor het werk. Het lukt nog om 1 ticket te krijgen voor de volgende dag, dus vliegt hij maandag naar Nederland. Ik blijf om de Drammer weer wat schoner te krijgen, chroom te poetsen en allerlei dingen te regelen. St. Maarten is vooral veel grote motorjachten, waar veel bemanning hele dagen aan het poetsen is. Donderdag komt de eigenaar van het grootste motorjacht met twee gasten aan boord en er staan 8 mensen in uniform klaar om ze te verwelkomen. De jonge dames krijgen bloemen aangeboden, die ze gelijk weer terug moeten geven aan de bemanning, omdat ze niet met hoge hakken en bloemen in hun handen aan boord kunnen stappen. Het is  ongelooflijk, wat vier mensen aan bagage mee kunnen slepen. Tassen en koffers van heel dure merken, de bemanning moet zeven keer rijden met golf wagentjes om alles aan boord te brengen. Vrijdag 1 maart vlieg ik volgens schema naar Nederland.

22 jul 2012

Verblijf in Grenada.




Doordat we de afstand Kaapstad Grenada redelijk volgen planning afgelegd hebben, hebben we nog twee weken om uit te rusten en de boot weer in orde te maken. We werken 's morgens en het begin van de middag aan de boot en genieten daarna van het zwembad in de jachthaven, waar we al snel kennis maken met andere zeilers. Vooral het schoonmaken van de boot is heel veel werk, in Kaapstad lagen we in een industriegebied, met de daarbij behorende vervuiling. Overal zit zwart roet en we poetsen wat af. Zondag 6 mei is er in de haven een triatlon, het is een drukte van jewelste. Maar het grote klapstuk voor ons is wel als we 's middags gaan zwemmen, dat er een triatlon gehouden wordt voor kinderen tot zes jaar. Het zwemmen gebeurt in het zwembad, het fietsen daarna moet voor velen nog met zijwieltjes gebeuren en het lopen gaat ze goed af. Geweldig om te zien hoe behendig sommige kinderen al zijn. De gemiddelde leeftijd schat ik op vier jaar, maar het verschil is al duidelijk te zien. Sommigen zijn al echte sporters en anderen vertederen alleen maar. Maar allemaal doen ze hun best en iedereen krijgt natuurlijk een prijs. Als we met het dek bezig zijn, zien we toch weer nieuwe beschadigde plekken in het rubber tussen de teak delen.  Het zint ons niet en we gaan op zoek naar iemand die ons kan helpen het dek goed te repareren. We komen terecht bij Driftwood en dat blijkt een goede keus te zijn. We maken een afspraak met ze dat ze de volgende week beginnen. Ze pakken het  grondig aan en dat is ook wat we willen. Al het rubber wordt door ze verwijderd en de groeven uitgeschuurd en weer met rubber gevuld. Soms zijn ze met vier man bezig maar het resultaat is na een week heel goed en we zijn zeer tevreden. Ondertussen demonteren we de watermaker, om die mee naar Nederland te nemen voor een grote beurt. Rob Wink vraagt ons doodleuk om ook het hele onderstel mee te nemen en dat heeft nog wat voeten in aarde, maar ook dat lukt weer. Zaterdag 12 mei spoelen we de motor en de generator met zoet water en meren de boot zwaar af, omdat we de volgende dag via Barbados en Londen naar huis vliegen.


Maandag 25 juni vliegen we dan weer terug naar Grenada om nog twee weken met Cathelijne, Victor, Thomas en  Jesse aan boord te zijn. We huren een auto en zien veel van het eiland. Na een week vindt Cathelijne het toch vooral voor Jesse 's nachts te warm worden aan boord en gaan ze naar een hotel. Wij kunnen de boot nu nog verder klaar maken en zien elkaar 's middags weer aan het zwembad. Het is weer een fijne tijd met z'n allen en we genieten. Zondagmorgen 8 juli heel vroeg vertrekken we uit de haven om de Drammer om te varen naar Grenada Marine aan de zuidkant van het eiland. We hadden al een afspraak gemaakt en zijn tijdens het eerste verblijf gaan kijken. Het ziet er zeer betrouwbaar uit en we hebben ze ook via recommandatie van een zeiler die er al meer dan tien jaar staat. Om 9.20 uur pikken we een mooring op in de baai bij Grenada Marine en we maken de boot schoon met zoet water uit de tanks, die we daarvoor speciaal gevuld hebben. Het neemt nog veel tijd in beslag, maar de boot is nu ook brandschoon. Hans zwemt nog een paar keer rond de boot en we genieten van een borrel en een lekkere maaltijd met prachtig  uitzicht over de baai. Na een goede nachtrust melden we ons 's morgens om 8.00 uur bij de portaalkraan. Ik vind het altijd heel spannend om uit het water getild te worden en krijg er steeds weer de kriebels van. Maar al snel blijkt hoe vakkundig deze mensen zijn en alles verloopt volgens de planning. De Drammer krijgt tot onze verbazing een mooie plaats vooraan, waar goed toezicht is. Er staan meer dan 250 jachten gestald en het ziet er allemaal goed uit. Voor we weggaan wordt de Drammer nog met singels aan de grond verankerd, en we zijn tevreden zoals hij daar staat. Na een nacht in het hotel vliegen we de volgende morgen weer naar Nederland. Het zal tot februari 2013 duren tot we weer met de Drammer door de Carribean gaan trekken. Tot die tijd mag de Drammer genieten van een welverdiende rust.

1 mei 2012

Grenada.

Grenada.

Zaterdag 31 maart 2012 halen we om 7.00 uur het anker op en vertrekken we uit James Bay bij St. Helena. Afgelopen nacht is erg onrustig geweest, omdat er een zware swell staat die niet in dezelfde richting is als de windgolven. Het gevolg is dat de golven onder de spiegel van de Drammer klotsen en dat maakt behoorlijke herrie. We hebben er spijt van dat we niet gistermiddag zijn weggegaan. 's Nachts anker ophalen doen we liever niet, dus proberen we er maar het beste van te maken. Tot 12.00 uur moeten we op de motor varen omdat er te weinig wind is, maar daarna kunnen we heerlijk zeilen. Om 20.00 uur hebben we voor de eerste keer contact met het radionetje dat door zeilers bij St. Helena is gevormd en waar we ons bij aangesloten hebben. Het is altijd weer een leuk moment en je weet nooit hoe je elkaar kunt helpen onderweg. We zetten eerst koers naar Fernandez de Noronho een archipel aan de noordoost  kant van Brazilië. Het weer is rustig en we hebben vaak een mooie sterrenhemel, met soms flinke regenbuien. Dinsdag 3 maart neemt de wind af en moeten we voor de eerste keer vijf uur op de motor. We willen het liefst zo min mogelijk motoren, omdat we niet weten hoe lang we erover gaan doen om door de Dolldrums te komen. We besluiten pas de motor te gebruiken als we minder dan 3 knopen lopen. Om 14.30 uur horen we dat de hengel afloopt en er blijkt een mooie Dorade aan te zitten. vlak voordat Hans hem aan boord kan halen en nog net boven het water laat de haak los en zijn we hem kwijt. Jammer, we zijn geen echt goede vissers. Het is opvallend hoe snel de mooie vis zijn helder blauwe kleur kwijt is als hij boven water is. Een andere boot van het radionetje meldt doodleuk dat ze een bleu marlin van 250 kilo gevangen hebben. Ik kan het me bijna niet voorstellen, maar het is de talk of the day. We proberen het grootzeil te zetten, maar het heeft te weinig effect en het staat alleen maar te rommelen, dus halen we het weer weg. Nog 1314 mijl naar Noronho en nog 3299 naar Grenada.  We zitten nog duidelijk in de zuidoost passaatwind en we hebben een heerlijke stevige wind van 15 tot 20 knopen met een volle maan. We genieten ervan en het geeft veel rust als er zo op zeil gevaren kan worden. Zondag 8 maart is het Pasen en we verwennen onszelf met een belronde met de kinderen en kleinkinderen, dat is altijd weer een feest en geeft veel stof tot nadenken en napraten. Over het netje horen we dat er vlakbij de kust van Brazilië veel onverlichte vissers varen. We waren het toch al niet van plan om de stroom vlakbij de kust op te zoeken, maar nu dus zeker niet meer. We houden ons zoals meestal aan de rechtstreekse lijn. Dinsdagnacht worden we behoorlijk beziggehouden door een grote vistrawler, die dezelfde koers vaart maar we krijgen geen marifooncontact met hem en hij komt ook niet voor op ons AIS systeem. Het duurt vier uur, voordat we hem kwijt zijn. De volgende nacht krijgen we bezoek van een zwerm vogels, Gannets, die gastvrij gebruik van onze aanwezigheid maken. Op een gegeven moment tel ik er 22, ze zitten echt overal en proberen zelfs boven op de mast te landen. Dat is niet echt handig want onze windmeter wordt door hun kapot gemaakt, waardoor we voor de rest van de reis niet meer weten hoe hard het waait. De volgende ochtend blijkt de hele boot onder de vogelpoep te zitten, waar we niet echt blij mee zijn. Op het netje horen we dat ze twee dagen later een andere boot als rustplaats gebruiken. blijkt dus routine voor ze te zijn. 's Nachts hebben we voor het eerst problemen met het starten van de generator, we moeten nu stroom draaien met de motor, waar we niet echt blij mee zijn want die gebruikt vier maal zoveel diesel als de generator. De volgende morgen vervangen we de brandstoffilter en ontluchten de generator door de filter bij te vullen met diesel. Het is rustig weer en we maken van de gelegenheid gebruik om de dieseltank bij te vullen met 5 jerrycans (ca 100 liter). Vrijdag 13 april moeten we op de motor varen omdat er te weinig wind is. Er zijn tropische regenbuien en het bliksemt op ongeveer 10 mijl afstand. De volgende dag passeren we Fernandez de Noronho op 32 mijl, we zetten een nieuw waypoint uit voor de Amazone op 880 mijl. Het is heel warm en het water is 29.5 gr. de vochtigheidsgraad is erg hoog, weinig wind en stortbuien, het weer dat je kunt verwachten in de Dolldrums. Maandag 16 april krijgen we voor de eerste keer een behoorlijke stroom tegen, we snappen er niets van, normaal gesproken moeten we 2 knopen mee hebben. Het is wel een afknapper, en na later blijkt zullen we dat houden tot maandag 23 april.  Op 17 april passeren we de evenaar met champagne en worstjes voor Neptunes en een beetje voor ons zelf. Vrijdag 20 april start de generator weer niet, draaien stroom met de motor en de volgende dag vernieuwen we de voorfilter voor de diesel, ontluchten weer en verversen de luchtfilter. We kunnen een proefstart maken met een ijzerdraadje. We beginnen beiden moe te worden en passen ons wachtschema aan van twee uur op en twee uur af. Voor mij is twee uur te weinig en daar maken we drie uur van. We bouwen geen reserves meer op, maar teren ook niet meer in. We houden het schema ook zoveel mogelijk overdag vast. De volgende ochtend ziet Hans aan de horizon een zeilboot hard op ons inlopen. We maken marifooncontact en het blijkt de sec Hayai te zijn, die meedoet aan de double handed Volvo Ocean Race. Het is een Nederlands jacht en als bemanning is Yvonne Heusker aan boord, waar we vorig jaar nog de Contest Cup meegevaren hebben. Hoe klein kan de wereld zijn Scheveningen ontmoet Scheveningen op de Atlantische Oceaan 300 mijl voor de monding van de Amazone. Ze wisselen zeil en komen met nog meer snelheid op ons afvaren. Ik maak foto's en Hans legt alles op film vast, we zullen ze alles toesturen per mail of thuis afgeven bij Yvonne in Scheveningen. Als we nog 890 mijl naar Grenada moeten, krijgen we eindelijk stroom mee en die houden we ook tot we er zijn, soms met meer dan 3 knopen. Tot  26 april hebben we steeds de generator kunnen starten, maar dan is het ook afgelopen en besluiten we verder de accu's met de motor te laden. We hebben nog genoeg diesel en we laten het maar zo. Vrijdag 27 april vestigen we een nieuw record als dagafstand 196 mijl, dat schiet tenminste op, nog 324 mijl naar Grenada. We zitten al weer een week lang in de noordoost passaat en hebben een mooie 15 tot 20 knopen wind, tot Grenada zullen we daarin blijven. Na een rommelige nacht tussen Tobago en Grenada met ontzettend veel wind en heel hoge golven, waardoor we behoorlijke schuivers maken met de boot melden we ons om 7.00 uur 's morgens af bij het radionetje en bedanken ze voor het organiseren. Zij waren bijna een dag eerder dan wij weggaan uit St. Helena en moeten nu nog meer dan 1000 mijl. Toont wel aan dat we geluk gehad hebben bij het passeren van de Dolldrums. Al met al maakt de lengte van de tocht het zwaarder dan anders, we hebben in totaal bijna 7 weken op een schommelend schip gezeten. Toen we op de steiger stonden in Grenada hadden we het eerste kwartier alle twee rubberen knieën, maar dat was snel over.





We hebben een mooie ligplaats in Grenada, en omdat we hier vier jaar geleden ook al waren hebben we in principe onze WERELDOMZEILING VOLTOOID. De afstand die we afgelegd hebben Grenada - Grenada is 25.794 mijl in 209 vaardagen. We hebben 13 maandan in Frans-Polynesië gezworven en 15 maanden in Kaapstad gelegen.